Categorie 1

Hoe is het om als verpleegkundige in het kinderziekenhuis te werken?

Het Universitair Kinderziekenhuis Koningin Fabiola (UKZFK) zoekt verpleegkundigen. Het ziekenhuis heeft daarom een tweetalige video opgenomen met getuigenissen van verschillende verpleegkundigen. Zo krijgen toekomstige kandidaten een idee van hun werkomgeving er zou uitzien. Het is ook een unieke kans voor toekomstige patiënten of andere geïnteresseerden om hun eerste virtuele stap in dit ziekenhuis te zetten.

Vriendelijkheid, medeleven, wilskracht, contact met kinderen, uitstekende zorgverlening, veiligheid, empathie, enz. Dit zijn enkele kenmerken die de verpleegkundigen van het kinderziekenhuis belichamen.

Wat houdt hun werk als verpleegkundige in?

Op de website van het UKZKF kun je alvast het volgende lezen over dit prachtige beroep:  “De verpleegkundigen van het kinderziekenhuis bieden het kind gespecialiseerde zorgverlening; ze werken ook samen met de familie en naaste hulp om tegemoet te komen aan hun bezorgdheden en behoeften. De diversiteit van de verpleegkundige beroepen bij het UKZKF is de weerspiegeling van de diversiteit van specialismen en sectoren die onze patiënten opvangen en begeleiden in de preventieve, curatieve, palliatieve en educatieve domeinen. Een gezamenlijke noemer? Het engagement! Op het terrein vertaalt zich dit in de kwaliteit en de veiligheid van de zorgverlening die wordt geboden in de diverse stadia van ontwikkeling van het kind, vanaf de geboorte tot de leeftijd van 16 jaar.”

Werken of stage lopen bij het UKZKF

“De verpleegkundige afdeling zoekt voortdurend nieuwe collega’s met een passie! Onze verpleegkundigen passen dag na dag hun kennis en hun expertise toe, ten dienste van elk kind en elke jongere. De toegediende verzorging omvat het meest eenvoudige maar ook het meest complexe”, staat er verder nog te lezen op de website van het ziekenhuis.

→ Bekijk de vacatures: https://hub.talentfinder.be/nl/index.aspx

Om je aan te melden voor een stage van minstens twee weken, moet je ingeschreven zijn in een van de volgende bacheloropleidingen:

  • vierde jaar VVAZ (verpleegkundige verantwoordelijk voor algemene zorg);
  • vijfde jaar specialisatie (kindergeneeskunde, intensieve zorg en spoedgevallenzorg, geestelijke gezondheidszorg, peri-operatieve zorg)

→ Stuur je stageaanvraag minstens acht weken voor de start van de stage naar Kristine Vanaerschot.

↓ Bekijk de video van het UKZKF over het beroep van verpleegkundige in het kinderziekenhuis

 

LEES OOK:

Bronchiolitis bij de allerkleinsten: de terugkeer van de niet te onderschatten seizoensepidemie

Elke herfst steekt bronchiolitis (een ontsteking van de bronchioli) de kop op, vooral bij ouderen en kinderen jonger dan twee jaar. Hoewel bronchiolitis over het algemeen goedaardig is, kan een ontsteking verergeren als die niet behandeld wordt. In dat geval kan bronchiolitis zelfs leiden tot een ziekenhuisopname. Zorgprofessionals roepen daarom op tot waakzaamheid.

“Momenteel vangt ons ziekenhuis een hoog aantal bronchiolitisgevallen op en andere ziekenhuizen verwijzen nog meer getroffen patiënten naar ons door. Het is nog maar oktober!”, vertelt een kinesist van het ziekenhuis van Etterbeek-Elsene. Volgens Sciensano  (het onderzoekscentrum en nationaal instituut voor volksgezondheid in België) is het erg besmettelijke RSV-virus, dat de luchtwegen aantast, de belangrijkste oorzaak van bronchiolitis bij kinderen. Zo erg zelfs dat 25% tot 40% van de besmette kinderen min of meer ernstige symptomen van bronchiolitis heeft tijdens de eerste RSV-infectie. We hebben het hier over een epidemie die niet te onderschatten is.

“We zitten er middenin.”

“Het bronchiolitisseizoen loopt doorgaans van eind september/begin oktober tot januari/februari. Vanaf dat moment neemt de griep het over. We zitten er middenin en steeds meer kinderen vertonen symptomen van een RSV-infectie. Het virus wordt overgedragen van het ene kind op het andere, in sociale omgevingen of op de kleuterschool. Bij oudere kinderen staat de aandoening bekend als bronchitis en de symptomen ervan kunnen vrij ernstig zijn. Maar een ontsteking van de bronchioli is het ernstigst bij de allerkleinsten onder negen maanden”, legt dr. Frère uit aan de krant La Capitale.

Symptomen en behandelingen

Je baby voelt zich niet goed en vertoont symptomen van een beginnende bronchiolitis, zoals een verstopte en/of loopneus, een droge hoest, koorts en een piepende ademhaling. Bij de eerste tekenen van zwakte raadpleeg je best de kinderarts om je kind te beschermen en te voorkomen dat het in het ziekenhuis moet worden opgenomen. Met de juiste behandeling geneest een infectie van de bovenste luchtwegen, de belangrijkste oorzaak van bronchiolitis, spontaan tussen twee en acht dagen na het begin van de symptomen.

Je kunt een aantal dingen doen om je kindje (tussen 28 dagen en 23 maanden) te helpen:

  • Maak de neus van je kindje regelmatig schoon met een zoutoplossing.
  • Geef veel te drinken om uitdroging te voorkomen.
  • Splits de maaltijden op.
  • Verlucht regelmatig de ruimtes.
  • Vermijd blootstelling aan tabaksrook.
  • Gebruik eventueel een luchtbevochtiger om je kindje gemakkelijker te helpen ademen.
  • Was je handen goed.

Als die basishandelingen niet voldoende zijn om de symptomen te verlichten en de toestand van je kind niet verbetert, kan de arts het gebruik van een aerosol of ademhalingskinesitherapie aanraden. Dat kan helpen om de secreties die zich ophopen in de bronchiën los te maken.

Het RSV-virus, een gevaar voor de allerkleinsten?

Tijdens de eerste twee levensjaren ontwikkelen kindjes hun immuniteit vooral dankzij moedermelk. Ze blijven echter kwetsbaar en gevoelig voor allerlei virussen. Bovendien vormen opvanglocaties, die hun voordelen zeker hebben bewezen, onvermijdelijk een risico op besmetting. Ouders moeten de eerste signalen van bronchiolitis bij hun baby herkennen en serieus nemen. In het geval van een ernstige RSV-infectie bij baby’s is een ziekenhuisopname noodzakelijk om hen te hydrateren (intraveneuze infusie) en hen te helpen ademen. Volgens Sciensano  moet tussen 1% en 3% van de kinderen met een RSV-infectie opgenomen worden in het ziekenhuis met ernstige ademhalingssymptomen.

Geneesmiddelen binnenkort op de markt

Om baby’s beter te beschermen en vooral ernstige gevallen te voorkomen, zijn er onlangs twee geneesmiddelen op de Europese markt gebracht: Beyfortus en Abrysvo. Die middelen zijn echter nog niet te koop in België. Hierover vertelde Yves Van Laethem, infectioloog en voorzitter van de Hoge Gezondheidsraad, aan de krant La Capitale: “Het verslag van de HGR zou eind dit jaar of begin 2024 gepubliceerd moeten worden. We zullen misschien prioriteit geven aan bepaalde groepen, zoals premature baby’s of baby’s met een laag gewicht omdat die meer risico lopen. We zullen moeten kijken naar de beschikbaarheden, rekening houdend met het feit dat er in België ongeveer 110.000 kinderen per jaar geboren worden.”

LEES OOK :

Geestelijke gezondheid en onderwijs: eindelijk gratis therapiesessies georganiseerd door CLB’s!

Met de start van dit nieuwe schooljaar wordt het voor CLB’s – op voorwaarde dat ze een overeenkomst ondertekenden met een Netwerk Geestelijke Gezondheidszorg – voortaan gratis om sessies van geconventioneerde klinisch psychologen en orthopedagogen te organiseren. Dat kan op school, in een internaat of in een lokaal van het CLB (Centrum voor Leerlingenbegeleiding) zelf. De CLB’s die van deze mogelijkheid gebruik willen maken, bepalen zelf voor welke noden en hoe dit aanbod best wordt ingezet. Het Verzekeringscomité van het RIZIV keurde dat initiatief van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Frank Vandenbroucke, goed.

“Als we zien dat steeds meer kinderen en jongeren kampen met psychologische problemen, is het des te belangrijker om dat op jonge leeftijd bespreekbaar te maken en er zo vroeg mogelijk bij te zijn. Dat is dan ook de kern van mijn hervorming in de geestelijke gezondheidszorg. We zien intussen dat CLB’s die opdracht ter harte nemen en dat is fantastisch. Daarom ondersteunen we hen hier voluit in door ook het remgeld te schrappen voor de sessies die CLB’s organiseren en die nu dus gratis te maken”, zegt Vandenbroucke in een persbericht.

Concreet, wat verandert dan nu?

CLB’s konden tot nu toe al – in samenwerking met het Netwerk Geestelijke Gezondheidszorg van hun regio – ondersteunende klassikale sessies organiseren op school, om op de algemene veerkracht van kinderen en jongeren te werken. Die klassikale sessies waren al gratis. Maar niet voor alle kinderen en jongeren volstaat dat, zo ervaarden de CLB’s op het terrein. Sommige kinderen en jongeren hebben immers nood aan bijkomende begeleiding: individueel of in kleinere groep.

Echter, in de praktijk ervaarden CLB’s de doorverwijzing vooral als een drempel voor het kind of de jongere (schroom), maar ook het zélf organiseren – en dus het te betalen remgeld – als een financieel obstakel. Daarom besliste minister Frank Vandenbroucke om dit aanbod van CLB’s op school, een internaat of in een lokaal van het CLB zelf – voor CLB’s die een overeenkomst ondertekenden met hun Netwerk Geestelijke Gezondheidszorg – verder te versterken. Zo valt vanaf dit schooljaar het remgeld voor CLB’s – respectievelijk 11 of 4 euro voor een individuele sessie met een geconventioneerde psycholoog/orthopedagoog en 2,5 euro per sessie vanaf minstens 4 deelnemers met een geconventioneerde psycholoog/orthopedagoog – volledig weg. De CLB’s die van deze mogelijkheid gebruik willen maken, bepalen zelf voor welke noden en hoe dit aanbod best wordt ingezet.

“Zo versterken we de belangrijke rol van CLB’s in deze hervorming”

Vandenbroucke: “Zo versterken we de belangrijke rol van CLB’s in deze hervorming en komen we ook tegemoet aan hun vraag. Door de sessies die ze zélf organiseren voor CLB’s nu volledig gratis te maken, halen we een laatste financiële drempel weg. Maar nog véél belangrijker: we creëren een vertrouwde omgeving voor een kind of jongere om vaak moeilijkere gesprekken te voeren. Zeker voor wie zich in een kwetsbare thuissituatie bevindt, kan dat een wereld van verschil betekenen. Het is héél belangrijk om op jonge leeftijd psychologische problemen bespreekbaar te maken en er zo vroeg mogelijk bij te zijn. Dat is dan ook de kern van mijn hervorming in de geestelijke gezondheidszorg. We zien dat CLB’s die opdracht ter harte nemen en dat is fantastisch. Daarom ondersteunen we hen hier voluit in door ook het remgeld te schrappen voor de sessies die CLB’s organiseren en die nu dus gratis te maken.”

Hervorming geestelijke gezondheid werpt vruchten af

Psychologische zorg veel sneller en dichter bij de mensen brengen om zo langdurige psychologische problemen te vermijden: het is een topprioriteit voor minister van Volksgezondheid, Frank Vandenbroucke. Daarom zette hij 2 jaar geleden een grote hervorming op de rails om geestelijke gezondheidszorg toegankelijk en betaalbaar te maken. In juli 2023 bleek uit een rapport van professor Ronny Bruffaerts (KULeuven) en professor Fabienne Glowacz (ULiège) dat deze hervorming een systeemwijziging in gang heeft gezet en haar vruchten begint af te werpen. Vandenbroucke: “We hebben al stappen vooruitgezet, maar het is nu héél belangrijk om onze inspanningen te blijven versterken om deze hervorming te verankeren in ons zorglandschap en ervoor te zorgen dat mensen – en niet het minst onze kinderen en jongeren – sneller geholpen worden wanneer ze nood hebben aan psychologische ondersteuning. Daarom is het zo belangrijk dat CLB’s (Centra voor Leerlingenbegeleiding) zélf de stap naar kinderen en jongeren kunnen zetten.”

 

LEES HET VOLLEDIGE PERSBERICHT

 

LEES OOK:

Studie: de impact van schermen op kinderen hangt ook af van de familiale context

Het Inserm (Institut national de la santé et de la recherche médicale) onderzocht het effect van schermen op kinderen en publiceerde zijn verslag in het Journal of Child Psychology and Psychiatry. De studie, waarbij ongeveer 14.000 kinderen meerdere jaren werden gevolgd, leidde tot conclusies die de problemen door schermtijd relativeren.

Volgens deze studie is het cruciaal om ook rekening te houden met de context waarin kinderen schermen gebruiken.

Wat zegt de studie?

De onderzoekers van het Inserm voerden hun studie uit bij kinderen uit drie leeftijdsgroepen: twee, drie en een half en vijf en een half jaar oud. Ze stelden vast dat het gebruik van schermen een impact heeft op de cognitieve ontwikkeling van kinderen van drie en een half en vijf en een half jaar (vooral de fijne motoriek, taal en zelfstandigheid). Maar de instelling merkte ook op dat niet enkel de schermtijd de ontwikkeling van kinderen beïnvloedt, maar ook het gekozen moment en de manier waarop schermen worden gebruikt. Zo gebruiken bijvoorbeeld zowel volwassenen als kinderen vaak schermen voordat ze gaan slapen, hoewel dat sterk wordt afgeraden, met name omdat dat slapeloosheid kan veroorzaken.

Geruststellend, maar op te volgen

Begin 2023 deelde Hospichild de resultaten van een Franse studie (Les enfants trop exposés aux écrans, avertit une enquête française (hospichild.be)) die aantoont dat de schermtijd bij kinderen duidelijk toeneemt. Tegenwoordig is het moeilijk voor kinderen om niet volledig verslingerd te raken aan de schermen die alomtegenwoordig zijn in onze huizen. Ze kunnen er niet meer aan ontsnappen: de ouders zitten op hun smartphone, de grote broer is aan het gamen, de televisie staat aan in de crèche of op school, enz. Maar het goede nieuws is dat dit voortdurende gebruik kan worden gereguleerd via een kader en een context die niet aanzetten tot een te grote dagelijkse blootstelling.

“De context waarin we schermen gebruiken, speelt een belangrijke rol”

Zoals deze laatste studie van het Inserm aantoont, is het uiteraard belangrijk om rekening te houden met de aanbevelingen rond dit thema (met name: kinderen onder de drie jaar niet blootstellen aan schermen, tenzij in specifieke omstandigheden, zoals de aanwezigheid van een volwassene of een vorm van interactiviteit). De risico’s van een overmatige blootstelling moeten ook gerelativeerd worden, want ze houden niet enkel verband met de tijd die het kind voor het scherm doorbrengt, maar ook met een omgeving die schermgebruik aanmoedigt of bevordert. In een persbericht schrijft Jonathan Bernard van het Inserm: “De context waarin we schermen gebruiken, speelt een belangrijke rol, waarschijnlijk nog meer dan de duur van de schermtijd.”

 

LEES OOK: